Veel internationaal opererende ondernemingen kiezen voor goederendistributie via Nederland. Redenen hiervoor zijn de gunstige ligging van Nederland als “poort” naar het Europese achterland én de efficiënte afhandeling van de invoerformaliteiten door de Belastingdienst (waaronder de Douane). Het Nederlandse systeem van de “artikel 23-invoervergunning” – op basis waarvan invoer-btw niet aan de Douane hoeft te worden betaald maar via de btw-aangifte wordt gerapporteerd – levert een belangrijk cash-flowvoordeel op.
Een buitenlandse onderneming ziet zich vervolgens wel met een aantal btw-vragen geconfronteerd, waarvan de belangrijkste zijn of er voor de goederendistributie een Nederlandse btw-registratie nodig is en of er een fiscaal vertegenwoordiger moet worden aangesteld. Andere relevante btw-vragen die aan de orde kunnen zijn, zijn:
- Hoe moeten afnemers worden gefactureerd, aan welke voorwaarden moet worden voldaan om op leveringen het nultarief of de verleggingsregeling (“reverse charge”) toe te passen?
- Moet het gebruik van een btw-entrepot worden overwogen?
Wanneer de distributie ook is gericht op de export naar landen buiten de EU, komt bovendien de vraag aan de orde of een douaneregeling voor bijvoorbeeld de op- en overslag of voor het uitvoeren van bewerkingen benut kan worden.
Wij hebben op deze gebieden een zeer ruime en langdurige praktijkervaring, waarbij wij onze klanten adviseren en daarnaast, wanneer dat wenselijk is, overleg voeren met de Belastingdienst. Daarnaast verzorgen wij voor buitenlandse ondernemingen:
- Benodigde btw- en EORI-registraties
- Eventuele (douane)vergunningen
De indiening van de btw-aangifte, de Opgaaf Intracommunautaire Prestaties en de Intrastat-opgave, als btw-adviseur, maar vanuit onze dochtervennootschap Fiscal Representatives Holland BV ook als fiscaal vertegenwoordiger.